Van zondag tot en met dinsdag zat ik in Amsterdam met mijn beste vriendin. Zij en ik hebben al ongeveer 16 jaar de BFF-status. Voordien kende ik haar ook al een paar jaar, we zaten al sinds de eerste kleuterklas samen in de klas, maar ik denk graag in meetbare termen en niet in vage tijdslijnen. Dus ik heb beslist dat we béste vriendinnen zijn geworden toen we in het vijfde leerjaar samen een kerstkrans moesten maken. Ik weet trouwens niet eens of ik haar dat ooit verteld heb, dat ik die datum gekozen heb. Als ze het niet wist, weet ze het nu, en het is nu al te laat om de datum nog te veranderen dus ze moet het maar aanvaarden. Ik heb trouwens ook een paar mannelijke beste vrienden, en een van hen heeft zijn BFF-status gekregen op de dag waarop ik te horen kreeg dat mijn grootmoeder kanker had en ik bij hem thuis ging uitwenen. Dat was op 4 mei 2002. Ik plak graag exacte data op zo’n dingen, zodat ik die dan ook elk jaar heel precies en juist kan vieren.
Mijn reisverslagje van Amsterdam past volgens mij beter bij Zamenvattende Zondag, dus daarom heb ik een top 3 gemaakt van waarom ik zo veel van mijn BFF hou. Ik wou eerst een lijstje maken, omdat het al zo lang geleden *kuch, 13 dagen, kuch* dat ik er nog eentje gemaakt heb. Maar als ik begin aan een lijstje, dan ben ik volgende week nog bezig en eindig ik waarschijnlijk pas na 468 pagina’s. Dus hierbij een lijstje, vermomd als top drie!
3. Ze is met mij naar de zoo gegaan in Amsterdam
Vriendschap is geven en nemen, en af en toe moet je eens iets doen voor de ander wat je niet echt leuk vindt. Zij gaat niet graag naar de dierentuin, maar is een paar dagen geleden toch (ondanks de hoge inkomprijs en de stevige wandeling naar daar) met mij naar de Artis Royal Zoo in Amsterdam gegaan. En een paar jaar geleden is ze in Berlijn ook met mij naar de Zoo gegaan, omdat ik Knut de ijsbeer wou zien. Ze heeft trouwens na al die jaren nog niet door dat het Knut is en niet Knoert. Maar dat siert haar. Ze heeft ook een half uur op mij staan wachten terwijl ik stond te kwijlen op de Engelse boeken in Waterstones, terwijl er weinig is dat haar minder interesseert dan boeken, en dan zeker in het Engels. En toen ik een sushi-restaurant zag stelde ze zelf voor om daar binnen te gaan, terwijl ik weet dat zij liever een dikke steak met peperroomsaus zou eten. En omgekeerd doe ik ook dingen om haar blij te maken. We zijn naar Madame Tussauds gegaan, en als zij een toeristische cliché foto wou bij een wassen celebrity nam ik er met plezier drie verschillende. Net zoals ik een paar jaar geleden in Rome paraat stond om een foto te nemen van haar terwijl ze, net als honderden mensen rond haar, de toren van Pisa “ondersteunde” met haar handen. Ik zou nog liever mijn eigen oogballen opeten dan zelf op zo’n foto te staan, maar voor haar hang ik met plezier de toerist uit. Nog een voorbeeld: ik ga helemaal niet graag uit in echte dancings, maar als het haar verjaardag is dan sta ik daar, een beetje ongemakkelijk in het midden van de dansvloer van de Rio of de Copacabana. Dat moet ik gelukkig maar om het jaar doen van haar, en als het het jaar is waarop ik mee moet dan moet ik maar tot 3 uur blijven. ❤
2. Ze is sterker dan Sylvester Stallone, The Rock en Liam Neeson samen
Ok, misschien is ze niet sterker dan Liam Neeson. Ik ben een beetje bang van Liam Neeson, en misschien leest hij mijn blog wel en dan komt hij mij zeker en vast “uitschakelen” omdat ik zeg dat er iemand sterker is dan hij. Maar ze is in elk geval mentaal een van de sterkste personen die ik ooit al ben tegengekomen. Ze heeft al heel veel meegemaakt in haar leven, meer dan wat de meeste personen misschien zullen meemaken zelfs als ze 100 worden. En op een of andere manier komt ze overal sterker uit. Situaties waarbij anderen (lees: ik) wenend in een hoekje zouden kruipen en nooit meer buiten zouden komen, daar slaagt zij zich door met een ongekende wilskracht en drive. Niet alleen op persoonlijk vlak kan ze haar mannetje staan, ook op professioneel vlak heb ik enorm veel bewondering voor haar. Zo gaf ze al op haar 21 (!!!) les in een technische middelbare school waar haar klassen bestonden uit “de zware mannen” die allemaal een paar koppen groter waren dan zij. Collega’s die jaren ouder waren werden hun klas uitgejaagd, terwijl zij die mannen zo hard onder controle had dat ze bijna uit haar hand zouden eten. Normaalgezien huiver ik van de uitdrukking “een vrouw met ballen aan haar lijf”, maar als die dan toch bij iemand zou moeten passen is het wel bij haar. Ik zou bijna zeggen “een topwijf” maar dan slaagt mijn clichéwoord-walg-meter helemaal tilt. En als het dan toch eens niet meer gaat, en ze staat hyperventilerend huilend aan de kant van de weg geparkeerd, dan ben ik een van den eersten die ze belt. En dat is volledig wederzijds.
1. We oordelen nooit over elkaar
Zij heeft al dingen gedaan waar ik niet noodzakelijk achter sta, en zal dat in de toekomst waarschijnlijk nog doen. En ik ben er zeker van dat ik al héél veel gedaan heb, en zal doen, dat in haar ogen vreemd of niet juist is. Maar we oordelen nooit en staan 100% achter elkaar in welke situatie dan ook. En dat heeft één groot voordeel: we kunnen onze eigen authentieke zelf zijn bij elkaar. Dat klinkt nu heel zweverig, maar het klopt wel. Aan de buitenwereld laat je altijd een gefotoshopte versie van jezelf zien. Je ben jezelf, maar haalt er misschien de scherpe kantjes af, en verstopt de imperfecties. Maar bij je échte beste vrienden kan je altijd gewoon de ruwe en rauwe versie van jezelf zijn. Als je dan de vraag “Hoe gaat het?” krijgt moet je niet antwoorden met “Goed goed, druk druk druk!” maar kan je gewoon zeggen “Alles is kut, het steekt mij allemaal tegen en ik heb zin om in een zwart gat te kruipen”. Het hoeft niet zo negatief te zijn natuurlijk, we delen vooral ook de grote en kleine blijdschappen. Hoe goed, slecht, vreemd, onnozel, schaamtelijk, verrassend, vreselijk, geweldig dan ook, er staat altijd iemand klaar die je aanvaardt hoe je bent. En dat is een goed gevoel.
Oh, en nog 1 ding: vroeger schreef ik in haar vriendenboek dat ik lerares wou worden, en zij schreef in dat van mij dat ze secretaresse wou worden. Zij werd lerares, ik secretaresse. Als dat het lot niet is, dan weet ik het ook niet meer hoor.